Behandeling en vaccinatie
Indien na een infectie HBsAg-seroconversie optreedt (verdwijnen van HBsAg en vorming van anti-HBs), is er sprake van levenslange immuniteit. Je kunt mensen echter ook immuun maken door ze te vaccineren. Mensen die gevaccineerd kunnen worden, zijn: gezondheidszorg medewerkers, sekswerkers, reizigers naar een endemisch gebied, homo- of biseksuele mannen, drugsgebruikers en asielzoekerkinderen. Sinds augustus 2011 zit de HBV vaccinatie standaard opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma. Daarvoor werden alleen kinderen gevaccineerd die een verhoogd risico hebben op HBV transmissie: kinderen met een moeder met een chronische infectie, kinderen van wie tenminste één ouder afkomstig is uit een endemisch land en kinderen met het syndroom van Down.
Het doel van behandeling van chronische hepatitis B is het voorkomen van progressie naar cirrose en HCC. De indicaties voor behandeling worden bepaald door de aan- of afwezigheid van cirrose, de hoogte van het HBV DNA en de aan- of afwezigheid van significante hepatitis (vastgesteld middels ALAT en/of leverbiopt). Zie de tabel hieronder voor alle behandelindicaties.3 Patiënten die geen behandelindicatie hebben moeten worden opgevolgd volgens huidige richtlijnen.3, 5
HBeAg positief |
HBeAg negatief |
HBV DNA |
ALAT |
Histologie* |
HBV DNA |
ALAT |
Histologie* |
Detecteerbaar |
nvt |
Cirrose |
Detecteerbaar |
nvt |
Cirrose |
> 2000 |
>1xULN |
Matig-ernstig* |
> 2000 |
>1xULN |
Matig-ernstig* |
> 20,000 |
>2xULN |
nvt |
> 20.000 |
>2xULN |
nvt |
Het eindpunt van behandeling is onderdrukking van het HBV DNA en dient te allen tijde te worden nagestreefd. Alhoewel HBsAg verlies het optimale eindpunt is, wordt dit niet vaak bereikt. Behandeling met nucleo(s)tide analogen (NUCs) is eerste keus. Patiënten dienen nu in principe langdurig behandeld te worden, maar er worden tegenwoordig steeds meer studies verricht om te kijken of en wanneer deze behandeling gestopt kan worden. PEG-IFN is de tweede keus voor therapie, maar is een zware behandeling die alleen voor sommige patiënten is weggelegd. Zie de huidige richtlijnen voor meer informatie en aanbevelingen.3, 5
Indien HBsAg verlies optreedt, kan een patiënt in principe uit controle worden ontslagen. Er is echter altijd een (kleine) kans aanwezig dat HBV gereactiveerd wordt, met name ten tijde van immunosuppressie. Patiënt en huisarts dienen hiervan op de hoogte te zijn. Patiënten met cirrose dienen levenslang in (HCC) follow-up te blijven, ook als het HBV DNA ondetecteerbaar laag is of als er sprake is van HBsAg verlies.3