Direct-acting antivirals bij zeldzame (niet-epidemische) HCV genotypes
De wetenschappelijke literatuur over HCV-behandeling met DAA’s beperkt zich voornamelijk tot de genotypes die veel voorkomen in de Westerse wereld. Dit zijn de genotypes 1a, 1b, 2a, 2b, 3a, 4a en 4d, en worden ook wel epidemische HCV genotypes genoemd. Er is hierdoor weinig data over effectiviteit van DAA’s bij zeldzamere, niet-epidemische genotypes. Deze genotypes komen in Nederland slechts bij een paar procent van de HCV patiënten voor, maar worden met name in sommige Afrikaanse en Aziatische landen juist frequent gezien.
De geringe data die wel beschikbaar is laat wisselende resultaten zien, waarbij in sommige studies relatief lage genezingspercentages worden gezien. Dit wordt mogelijk veroorzaakt doordat deze zeldzame genotypes van nature sequenties bevatten die zijn geassocieerd met DAA resistentie. Er is echter nog geen studie gepubliceerd die de behandeling van alle genotypes die niet epidemisch zijn in de Westerse wereld in kaart heeft gebracht.
Daarom onderzoekt HepNed in de huidige studie de effectiviteit van DAA’s bij niet-epidemische genotypes. Alle Nederlandse microbiologische laboratoria die HCV genotypering uitvoeren werken mee aan de studie.
Sustained response to nucleo(s)tide analogues for chronic hepatitis B: SNAP study
Een van de grote onderzoeksvragen wat betreft chronische hepatitis B is wie behandeling met nucleosideanalogen (NA’s) kan staken. De EASL heeft in haar meest recente richtlijn (2017) opgenomen dat het staken van NA’s kan worden overwogen als voldaan wordt aan bepaalde voorwaarden.
Derhalve is in het Erasmus MC een prospectieve studie gestart, de “SNAP study”. In deze studie zullen patiënten met een chronische hepatitis B, die behandeld worden met entecavir of tenofovir, onder strikte voorwaarden de behandeling staken. Vervolgens worden zij gedurende in totaal 96 weken intensief vervolgd (in totaal 10 poli controles inclusief bloedonderzoek). Het staken van de behandeling zal gebeuren volgens in- en exclusie criteria die zijn gebaseerd op de EASL richtlijn. Patiënten met aanwijzingen voor gevorderde leverziekte zijn uitgesloten. De primaire uitkomstmaat is een duurzame response (HBV-DNA < 2000 IU/ml) na 48 weken.
Patiënten die deel willen nemen aan deze studie kunnen (tijdelijk) naar het Erasmus MC worden verwezen.
Klik hier om het zakkaartje van de SNAP studie te downloaden.